top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverJagritta Olthof

11 november is de dag



De lantaarns branden langs het pad om de kinderen het licht mee te geven tot aan mijn voordeur. Trots verschijnen de kleintjes, goed ingepakt tegen de kou, met hun zelfgemaakte lampions bij mij aan de deur, al dan niet vergezeld door een ouder. Een aantal van hun begeleiders zie ik, op het moment suprême, wegduiken achter de beukenhaag. De kinderen zingen uit volle borst hun lied. De nieuwe teksten, zeg maar: de Sint Maarten 2.0, zijn een verademing voor mijn gehoor. De ‘Kip-kap-kogel’ is bijna uitgestorven, denk ik, verheugd over deze trend. Een klein meisje doet me denken aan mezelf, als ze begint aan haar lied van meer dan een couplet. Ook ik zong destijds geen ‘korte’ liedjes. Blijkbaar was ik toen al niet commercieel genoeg, alhoewel? Uit dankbaarheid voor mijn lange versje werd me menig keer, in plaats van snoep, een ‘kwartje’ in mijn hand gedrukt. De wijk is nog kinderrijk want koters lopen af en aan, als soloartiest dan wel als duo, trio of kwartet. Na een tijdje dient zich een nieuwe ontwikkeling aan, want de prangende vraag die het kind stelt, krijg ik vervolgens nog een aantal keren te horen. ‘Mevrouw, ik moet plassen. Mag ik bij u naar de WC?’ vraagt het ventje, nadat hij met zijn hand tussen de benen hippend zijn lied heeft gezongen. Mijn gedachten voeren mij terug naar het kleine meisje van toen. Ook ik moest vanwege de kou op een van mijn Sint-Maarten missies nodig richting een toilet. Alleen ik was te verlegen of te schijterig zoals je wilt, om te vragen of ik naar de wc mocht. Je hebt er niet veel fantasie voor nodig om te bedenken hoe dat is afgelopen. De mondige ‘bijdehandjes van vandaag’ hebben absoluut geen problemen met het stellen van dit soort vragen en dat is maar goed ook. ‘Natuurlijk, kerel,’ en ik wijs hem het juiste kamertje aan. ‘Dank u wel,’ zegt het jonge ding en stapt naar buiten. Hij pakt zijn plastic tas van de grond. Geheel opgelucht vervolgt hij huppelend zijn weg. ‘Nog een goede vangst en veel plezier,’ roep ik hem na. Als reactie zie ik hem zijn lampion boven de haag uitsteken. Ik doe de deur dicht en glimlach. ‘Geen nood zo hoog of de oplossing is nabij,’ zeg ik terwijl ik de bril naar beneden klap en ga zitten.


copyright: jagritta olthof

9 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page